Parochianen bakten zelf stenen voor bouw kerk in Delle

In het boek 100 jaar Delle. 1900-2000, geschreven door Karine Coopmans, Jozef Hamele, Marcel Mondelaers, Gerard Penoey en Patrick Van Minsel, wordt de bouwgeschiedenis van de Heilig Hartkerk te Delle, een wijk in Winksele, een deelgemeente van Herent, een gemeente in Vlaams-Brabant die grenst aan Leuven: 
 
"De nieuwe parochie[, opgericht in 1900,] is gestart met een noodkerk in de Padoue [, een oud hoevegebouw]. Pastoor Moons en de kerkfabriek zetten zich vanaf het begin in voor de bouw van een eigen parochiekerk. Er zijn echter twee grote problemen: er is geld nodig en bovendien een terrein voor de bouw van de kerk. 
 
Wat het geld betreft: in 1905 schat men de bouwprijs van de kerk op 75.000 fr. De bouwplannen van de kerk van Delle vormen zelf de inzet van de gemeenteraadsverkiezingen in 1911. Na lange en moeizame onderhandelingen met tientallen brieven aan en van de gemeente, de provincie en het bisdom wordt het bedrag tenslotte beschikbaar verklaard. De goederen van de moederparochie Winksele worden in 1902 verdeeld in functie van het aantal inwoners in beide parochies. Delle krijgt 25.682 fr. toegewezen (1491 inwoners, waarvan 724 in Delle). Hierdoor kan de kerkfabriek 25.000 fr. inbrengen, de Staat en de provincie geven een subsidie van 25.000 fr. en de gemeente draagt 15.000 fr. bij. De ontbrekende 10.000 fr. is een persoonlijke gift van pastoor Moons (10.000 fr. is in 1908 een enorm bedrag, waaruit men kan besluiten dat pastoor Moons niet onbemiddeld was). 
 
Op 12 november 1908 stemt de gemeenteraad met 5 stemmen tegen 3 en 1 onthouding voor de bouw van een kerk langs de Mechelsesteenweg en op 9 maart 1914 volgt een aanbesteding door de kerkfabriek. De werken worden toegekend aan de gebroeders Theophiel en Nestor Peeters uit Waver voor 82.847 fr. en uitgevoerd volgens de plannen van de bekende architect P. Langerock uit Leuven. Het zou een grote neo-gotische kerk worden met een spitse toren, een lang koor, 2 zijbeuken en een sacristie. De werken beginnen in juni 1914 maar worden stilgelegd bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog. Tijdens deze turbulente periode gaat al het geld verloren dat pastoor Moons bij zijn parochianen in Delle had rondgehaald. 
 
Wat de grond beteft: die wordt geschonken door Mevrouw Adelaide Quirini, douarière van Alfons de Smet de Nayer die in Gent woont. Zij is de dochter van de Leuvense professor Ignace Quirini en gehuwd met Alfons de Smet de Nayer, die op 9 november 1886 in de adelstand werd verheven. De parochie kan kiezen tussen een stuk gelegen op de hoek van de Oude Hoevestraat en de Potestraat (vandaag weide van Raymond Tobback) of het stuk waarop de kerk nu is gebouwd. Dat stuk grond wordt door de provinciale bouwkundige Trappeniers aan de overheid voorgesteld als 'voldoende aan de wens van het grootste gedeelte van de bevolking' en de kerkfabriek volgt hem in zijn voorstel. Wij kunnen ons de vraag stellen hoe de parochie er nu zou uitzien indien me de kerk op de hoek van de Potestraat had gebouwd. Nu ligt de kerk aan de Mechelsesteenweg, op de grens van de parochie. Natuurlijk kon men in 1910 moeilijk voorzien dat het gehucht Delle zich meer aan de andere zijde van de steenweg zou ontwikkelen. 
 
Na 1914-1918 staat het kerkgebouw er nog steeds zoals bij het uitbreken van de oorlog, d.w.z. met alleen de grondvesten en hier en daar pilaren tot twee meter hoog. Langzamerhand begint de bouw te verkommeren tot een ruïne. Op 18 juni 1928 wordt de tweede pastoor E.H. Raeyen, omwille van een gebrek aan inzet bij de verdere bouw, vervangen door E.H. Van Eyck, die een speciale opdracht mee krijgt van de bisschop: de voltooiing van de kerk. 
 
Pastoor Van Eyck vat vol vuur zijn opdracht aan en begint gelden in te zamelen. Hij bedelt overal en op alle mogelijke manieren voor zijn kerk en na zes jaar tijd slaagt hij er in de vereiste som samen te brengen. De verdeling der gelden ziet er als volgt uit: de Staat 63.000 fr., de gemeente 30.000 fr., de kerkfabriek 25.000 fr., materialen nog ter plaatse 76.287 fr., giften 55.000 fr. Voor de ontbrekende 65.000 fr. stelt Pastoor van Eyck zich persoonlijk borg. 
 
De werken worden opnieuw aanbesteed op 29 augustus 1935 en deze keer toegekend aan de heer Vandekerckhove uit Ingelmunster voor een bedrag van 315.000 fr. Men heeft in deze prijs wel rekening gehouden met de reeds gebouwde delen en de nog beschikbare bouwmaterialen. De parochianen, en daarbij vooral de gebroeders Vandergeeten, hadden in 1914 stenen gebakken voor de bouw van de kerk. Dit was in de streek gebruikelijk, aangezien de ondergond voldoende leem bevat. De kerk werd gebouwd met kareelsteen, gemaakt met de leem die uit de grond gehaald werd achter de kerk. Op de plaats waar de leem werd uitgegraven ontstond een put, die we nog altijd vinden als vijver in de tuin van Maria Dewit achter de parking aan de Ketelstraat. 
 
De kerk wordt in 1936 gebouwd naar de oorspronkelijke plannen uit 1912, maar die zijn om financiële redenen wel sterk gewijzigd. Zo wordt o.a. de geplande toren - 46 meter hoog - weggelaten, zodat Delle nu een kerk heeft met een toren die lager is dan de hoofdbeuk. De kerk wordt voltooid in 1936 en plechtig ingezegend op 20 december door Monseigneur Van Cauwenberg, vicaris-generaal van het Bisdom." 
 
Foto: kerkinherent.be
 
Lees meer: 

Reacties

Populaire posts van deze blog

Kritiek op restauratie van kerk Bertem

Restauratie van kerk in Leefdaal leidde tot fikse ruzie

Vermelding in architectuurgids